Heeft u uw
financiële zaken
op orde?

Lees de checklist

Intermedis A & A

Aangifte vermogensbelasting: 7 dure misverstanden

Geplaatst op: 04-04-2020, 11:25:19

Wie vorig jaar meer dan 30.360 euro spaargeld had, is vermogensbelasting verschuldigd. Door zaken verkeerd in te vullen betaal je onnodig veel belasting of word je geconfronteerd met een naheffing. We zetten enkele misverstanden voor je op een rij.

Spaargeld, beleggingen, een vakantiehuisje en andere vormen van vermogen zijn belast in box 3. Hiervoor geldt een vrijstelling van 30.360 euro per persoon. Over het meerdere moet je belasting betalen. Hoeveel dat is hangt af van de omvang van je vermogen. Net als bij de inkomstenbelasting gelden er belastingschijven. Hogere vermogens betalen relatief meer.

  • Over de eerste 71.650 euro aan vermogen boven de vrijstelling betaal je per saldo 0,58% belasting (30% over een fictief rendement van 1,94%).
  • Over het vermogen hierboven (tot 978.000 euro) moet je 1,34% aftikken.
  • Het vermogen daarboven wordt belast met 1,68 procent.

Het aangeven van je vermogen lijkt een invuloefening. Maar een fout is snel gemaakt. We zetten er x voor je op een rij.

Misverstand 1: Vermogen niet verdeeld

Heb je een fiscaal partner, dan mag je het box 3-vermogen verdelen tussen jou en je partner. Het maakt hierbij niet uit welk vermogen van wie is.

Door het vermogen zo gunstig mogelijk te verdelen, kun je behoorlijk veel belasting besparen. Op de website van de Belastingdienst vind je een voorbeeld waarbij een stel met een belast vermogen van 200.000 euro maar liefst 542 euro kan besparen door dat vermogen gelijk te verdelen in plaats van het hele vermogen aan één van beiden toe te kennen. Dat komt omdat bij een evenredige verdeling een groter deel van het vermogen in een lagere schijf valt.

Houd er wel rekening mee dat de hoogte van het vermogen ook van invloed is op bijvoorbeeld heffingskortingen, dus kijk goed wat voor jullie de meest gunstige verdeling is. 

Misverstand 2: Ten onrechte schulden afgetrokken

De vermogensbelasting kent één aantrekkelijke aftrekpost: schulden. Deze mag je van je belastbare vermogen aftrekken. Denk bijvoorbeeld aan een consumptieve lening, roodstand bij de bank, een schenking op papier of erfbelasting die je nog niet hebt betaald, maar wel bent verschuldigd.

Helaas is niet elke schuld aftrekbaar. Zo mag je de meeste belastingschulden niet in mindering brengen op je vermogen, behalve verschuldigde erfbelasting. Ook bedrijfsschulden en lopende termijnen van schulden met een looptijd onder de 12 maanden zijn niet aftrekbaar.

Studieschulden mag je wel aftrekken van je vermogen, tenzij de schuld nog kan worden omgezet in een gift.

Houd er verder rekening mee dat voor schulden een drempel geldt van 3.100 euro (of het dubbele bij fiscaal partnerschap). Heb je maar weinig schulden, dan heb je pech.

Misverstand 3: Verkeerde peildatum vakantiehuisje

Voor je spaargeld en beleggingen moet je de waarde op 1 januari 2019 opgeven. Maar voor een vakantiehuis geldt de waarde van 1 januari van het jaar vóór de aangifte: dus 2018. Veel belastingplichtigen vergeten dat en geven voor hun tweede woning per ongeluk de waarde in 2019 op. Als de prijs van het vakantiehuis in 2019 is gestegen, betalen zij onnodig veel belasting.

Als de vakantiewoning in Nederland staat, moet je de WOZ-waarde opgeven. Staat het huisje in het buitenland, dan moet je uitgaan van de waarde in het economisch verkeer in onbewoonde staat.

Misverstand 4: Alle opgebouwde rente opgegeven

Je hoeft alleen de rente op te geven die daadwerkelijk op je rekening is bijgeschreven. Dus rente die je wel hebt opgebouwd, maar nog niet hebt ontvangen mag je dus buiten beschouwing laten.

Misverstand 5: Spaarrekening van de kinderen niet meegenomen

Hoewel minderjarige kinderen nog niet belastingplichtig zijn, moet je hun vermogen wel meenemen in de belastingaangifte en daar dus belasting over betalen.

Alleen kinderen die op 1 januari 2019 al 18 jaar waren - en dus meerderjarig - moeten hun eigen vermogen opgeven, mits dat tenminste uitkomt boven het heffingsvrije vermogen van 30.360 euro.

Misverstand 6: Andere vergeten posten

Ook geld dat je hebt uitgeleend - en dus nog tegoed hebt - moet je officieel opgeven als vermogen in box 3. Denk bijvoorbeeld aan een schenking op papier.

Verder vergeten eigenaren van een koopappartement weleens om hun aandeel in het vermogen van de Vereniging van Eigenaren (VvE) op te geven.

Misverstand 7: Opbrengst van minen bitcoin opgegeven

Heb je opbrengsten van het minen van cryptomunten? Dan hoef je deze in principe niet aan te geven. De kosten voor het minen zijn namelijk vaak zo hoog, dat je er per saldo nauwelijks van profiteert. Zijn de opbrengsten echter hoger dan de kosten, dan is het een ander verhaal: je moet dan de inkomsten opgeven in box 1 als ‘inkomsten uit overige werk of winst uit onderneming’. Maar volgens de fiscus komt dit slechts zelden voor.

Handel je in bitcoin of andere cryptomunten, dan moet je de waarde per 1 januari 2019 opgeven. Hiervoor moet je de koers hanteren die is afgegeven op de cryptobeurs waar je handelt.

Bron: www.iexgeld.nl van 31 maart 2020

Ga terug naar de vorige pagina